“Let’s book some extra rooms in Saint Catherine’s Monastery and see who will join us”, our small team of Sinai women decided, when Ton and his men’s team decided to hold a men’s retreat in the Sheikh Moussa Bedouin Camp in Saint Catharine. Ever since my very first visit to St-Catherine in 2008, I have felt an intense attraction to the monastery. (…)
(The English translation will follow soon)
DE NONNENBENDE
“Laten we een aantal kamers vrijhouden in het Katharinaklooster aan de voet van de Mozesberg, voor de vrouwen die zich zullen aandienen. We zullen wel zien wie dat worden”, spraken we met ons Sinai-vrouwenteampje af, toen Ton en zijn mannenploeg besloten een mannenretreat te houden in het Sjeikh Moussa Bedouin Camp in het stadje Saint Catharine.
Al sinds mijn allereerste bezoek aan St-Catherine in 2008 voel ik een intense aantrekking tot het klooster. Dat eerste bezoek had best een grote indruk op me gemaakt. Zes maanden voor ik daar voor het eerst kwam, ontving ik in India van swami Nardanand, in wiens ashram we een tijdlang logeerden in Ujjain, de Shaktipat-initiatie en hij had me gevraagd dagelijks te mediteren zodat wat de Indiërs shakti noemen in mijn lichaam in beweging kon komen. Bij deze initiatie wordt de innerlijke kundalinistroom gewekt, de helende levensenergie, waardoor je lichaam systematisch van binnenuit uitgezuiverd wordt van alles wat je ooit ingehouden hebt, fysiek, mentaal, emotioneel en spiritueel. Elk moment dat je je energie naar binnen keert, worden je nadi’s, je energiekanalen, vanuit de lichaamsintelligentie spontaan verder gezuiverd, van grofstoffelijk naar steeds fijnstoffelijker – wat zich kan uiten in kriya’s, allerlei lichamelijke sensaties, van grofstoffelijk tot zeer subtiel.
De maanden na mijn initiatie mediteerde ik me te pletter, in de hoop iets te ervaren, maar ik voelde niets. Tot ik kort na mijn verblijf in India naar de Sinaïwoestijn trok en op een van de stoelen van het Katharinaklooster ging zitten. Plotseling was het alsof een energiestoot uit de aarde mijn lichaam in kwam en daar alles in beweging zette. Op dat moment ging de levensenergie in mij in werking. De uitklaring kon beginnen – en is sindsdien niet meer gestopt. Het lijkt wel of alles wat ik sindsdien beleef, ook hier in Eypte, deel is daarvan.
Er zit iets onder het klooster en in the sacred valley (zoals de bedoeïnen de vallei van Saint Catherine noemen), een bron van energie. Toen ik verleden jaar naar het klooster liep en daar afstemde, kreeg ik de volgende beelden die ik in mijn dagboek noteerde:
Ik zie het beeld van vrouwenbenen die opengaan in de woestijn, het is de aarde die opengaat. Het geeft toegang tot een soort grot, een sacred well, die niet meer geopend is sinds het einde van Lemurië en die angstvallig dichtgehouden werd. Tijdens Atlantische tijden zijn er pogingen gedaan om die heilige plek te openen, maar dat werd met dwang en list en agressie geprobeerd en daardoor is er iets zeer pijnlijks gebeurd, waardoor die informatie zich niet zomaar vrijgeeft.
Het is informatie die in kristal vastzit, het zit daar als het ware in opgesloten. Het voelt als de oergoddelijke, paradijslijke vrouwelijke energie – seksuele energie, creatieve energie – waardoor de aarde weer kan vibreren in een kristallijne vibratie. Ik zie een leeuw, en een krokodil, en een goddelijke vrouw in de woestijn, met een witte jurk. Zij draagt en beheert de hele schepping, materieel en energetisch. Door haar enorme veld stroomt een gigantische liefde.
Het werk gaat erom die energie opnieuw te reveleren, alsook de scheppingskracht met en in die energie. Maar de cave is nog dicht. Er zit nog een prop in de toegang ernaar, als het ware, waarin de Atlantische destructieve energie nog vast zit. (9/5/2021)
De tempel blijft me roepen; ooit moet ik daar naartoe, weet ik. Ook al kan mijn mind het gegeven niet volledig begrijpen, toch weet ik dat onze tocht die enkele jaren geleden begonnen is – en onze andere reizen door Egypte, Soedan, Rwanda, India, Schotland, Portugal… waarin we ons dienstbaar hebben gesteld aan ons zielenpad – gaat om het – beetje bij beetje – heropenen hiervan. En om het ontmantelen van al onze angsten, weerstanden en schaduwen die ons uit dat veld weghouden.
Er zit een diep verdriet in mij, voel ik inmiddels al bijna 20 jaar, omdat ik weet dat het er zit, maar omdat ik er niet bij kan komen. Tegelijk weet ik dat ik die gewijde ruimte enkel kan betreden als ik mijn schaduwen diep in de ogen hebt gekeken. En elk bezoek brengt me een stapje dichterbij.
Vanaf het begin dat er sprake is van onze tocht naar de Sinaï zie ik Anna en Petra in ons gezelschap. Anna en Petra zijn twee dierbare vriendinnen die in Vézelay in Frankrijk de Maria Magdaleneschool hebben opgericht. “Weet dat er een plekje is voor jullie in het Katharinaklooster”, zegt ik hen, als ik voel dat er bij een van hen – begrijpelijke – weerstand zit op de reis. Inmiddels hebben we de roep van de 1000 vrouwen gehoord bij ons bezoek aan Fatima in Portugal, en is het duidelijk dat voor dit werk niet een kleine groep vrouwen wordt gevraagd, maar om een grotere. Ook besef ik meteen dat zo’n groots gegeven niet door enkelingen kan worden georganiseerd, maar dat het voor iedereen die deelneemt om een persoonlijke pelgrimstocht gaat naar de berg. Het vraagt wat om deze opdracht op je te nemen. Word je geroepen of word je niet geroepen? En waarom precies? Niemand dan jezelf kan je daar antwoord op geven.
“Of er nu 1000 vrouwen komen of geen, ik heb een ticket geboekt, ik ga de berg op”, zegt Ank, die al vaker met ons meereisde naar Egypte, Ethiopië en Soedan. En vanaf dat moment gaat alles in stroming. “Wij komen ook”, zegt Petra uiteindelijk, en ook Anna gaat mee, en Rose, en steeds meer vrouwen laten weten dat ze de tocht willen ondernemen.
Uiteindelijk worden de kamers in de Monastery organisch gevuld door een heerlij gevarieerd team van vrouwen – en één man, Philippe, onze bewaker: mijn trouwe Sinaï-bondenoot Monique, haar goeie vriendin Catharina, Anna & Petra, onze rasechte woestijnvrouw Kathleen, klank- en zangvrouw Ana, en ik, en als vanzelf voegen zich ter plekke nog twee vrouwen aan ons gezelschap toe: Nikki Singh, een vrouw met Indiase roots uit California die al een jaar in Egypte woont, en dr. Sharon Mijares, professor emeritus aan de National University of San Jose, California, een kwieke 80-jarige die na 8 november deel zal nemen aan een debat op de COP27 in Sharm-el-Sheikh.
Er hangt een luchtige, vrolijke en tegelijk sacrale en diep-serieuze sfeer tussen ons, want allemaal weten we dat we niet voor niets samenkomen op deze plek op dit moment in de tijd. Maar grappend aan de ontbijttafel dopen we onszelf en onze whatsapp-groep vrolijk om tot The Nifty Nuns. Een goedlachse nieuwe Orde gedropt tussen de Griekse Orthodoxe monniken. Dat belooft. 😉
(wordt vervolgd)